maandag 9 juni 2014

Milieubeweging kan nieuwe discussie over kernenergie niet langer uit de weg gaan

Er is iets verontrustends aan de hand in Nederland. Het gemak waarmee zowel overheden als belangenorganisaties bereid worden gevonden om landschappen, maar ook de gezondheid van bewoners op te offeren aan vage noties over het redden van de wereld is, als je er even bij stilstaat en de feiten in ogenschouw neemt, verbijsterend. 

De pastelgroene terroristen van groeperingen als Milieudefensie en hun handlangers in de landelijke en provinciale politiek stoppen voor niets en niemand om hun ,,duurzame” ambities te verwezenlijken. In Groningen wordt op dit moment serieus gekeken naar de mogelijkheden voor een enorm windmolenpark op 500 tot 750 meter van Meeden, een dorp met 2000 inwoners. Want het moet. Want het is ,,goed voor het milieu”. In Fryslân heeft de provincie het streven naar concentratieparken opgegeven, maar lijkt ze – politiek-bestuurlijk – in ruil bereid te zijn om overal in het noordwesten plukjes megaturbines in het landschap te accepteren. In beide provincies is massaal bewonersverzet het logische gevolg. 

Bovenop het feit dat de bijdrage van het Energie Akkoord van 2013 aan milieudoelstellingen minimaal is, en peperduur, en de ruimte wegneemt voor wérkelijk effectieve maatregelen (die onze levensstijl zouden raken), is er nog een belangrijke reden waarom de huidige inzet op grootschalige windenergie verwerpelijk is. Die reden ligt in het private eigendom van de windturbines in combinatie met de massieve subsidiëring ervan. Eigenaren worden slapend rijk, terwijl zij slechts verplicht worden tot een minimale overlastvergoeding voor omwonenden. 

Milieubeweging en politiek willen ons wijsmaken dat op ons een morele verplichting rust om akkoord te gaan met deze enorme zelfverrijking van enkelen: zij die geroepen zijn om de wereld te redden. Terwijl de rest, wij ongelukkigen, slechts gemaakt is voor de slapeloze nachten en/of om de idioot hoge kosten te betalen. 

Iedere windturbine van 3 MW betekent een overhevelingsoperatie van ca. 300.000 euro belastinggeld, ieder jaar, naar de exploitant en de grondeigenaar. Omwonenden binnen een straal van een kilometer worden afgescheept met bedragen tussen de 250,- en 1200,- euro per jaar aan overlastvergoeding. Dit alles in het kader van een arrogante groene religie die dicteert dat u en ik hierover onze mond moeten houden. Omdat windenergie immers een ,,goede zaak” is. Maar waarom, als plaatsing ervan zo belangrijk is voor de toekomst van de wereld, en als het verzet ertegen koste wat het kost in het belang van de natie en de wereldbol overwonnen moet worden, zijn die windturbines eigenlijk geen collectief eigendom? 

Het Energie Akkoord van 2013 met z’n zware inzet op windenergie is window dressing op kosten van waarheid, werkelijkheid en rechtvaardigheid. Het is de laatste wanhopige poging van de milieubeweging en het groen-industrieel complex om discussies over werkelijke oplossingen uit de weg te gaan. Is dat een houdbare positie, als je zelf niet nalaat te benadrukken dat de mens een klimaatprobleem veroorzaakt dat zo snel mogelijk moeten worden aangepakt? 

De milieubeweging staat op een T-splitsing: of rechtsaf het heilloze pad op van de zelfverrijking door windterreur, inclusief morele intimidatie van de bevolking, of linksaf op weg naar maatregelen die het klimaat daadwerkelijk vooruit helpen. Linksaf betekent in dit geval massaal investeren in zonne-energie en ‘blue energy’. En – en daar zit het pijnpunt – opnieuw kijken naar kernenergie.


.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten