woensdag 5 mei 2021

De vloek van Hitlers huizen

Elsevier, 22 december 2001

HET UITZICHT VAN HET KWAAD ALS GELDMACHINE

Op het snijvlak van wat hij zag als de twee Duitse naties die moesten worden herenigd, werd op 20 april 1889 Adolf Hitler geboren. Hoe gedenkt de ‘schuldige’ grensstreek zijn Derde Rijk? Over moeizaam zelfonderzoek in Passau, politiek correct herinneren in Braunau en nieuwe zakelijkheid in Berchtesgaden.

ABE DE VRIES in Passau, Braunau en Berchtesgaden

Het monument staat aan de drukke B12 ten zuiden van het Beierse dorp Pocking, bij Passau. Het tussen bomen verstopte terreintje, een meter in de kale akker verzonken, lijkt vanaf de weg niets bijzonders, maar dan meldt een bordje met een pijl: KZ Gedenkstätte.

Een smal landweggetje voert naar de concentratiekamp-herdenkingsplaats. In de obelisk staat gebeiteld wie hier worden herdacht: 'De slachtoffers van de gewelddadige nationaal-socialistische heerschappij 1933-1945'. Een bescheiden gedenkteken, meteen na de Tweede Wereldoorlog opgericht op bevel van de Amerikaanse bezetter. In zes betonnen plakkaten aan weerszijden waren de namen uitgehouwen van de doden die hier lagen begraven: meer dan negentig Russische, Poolse en joodse slachtoffers van een lokaal arbeidscommando. Als Anna Rosmus niet had ingegrepen, zou niemand nu nog weten wie zij waren. Eind jaren vijftig werden hun stoffelijke resten herbegraven op de erebegraafplaats van het concentratiekamp Flossenbürg bij de Tsjechische grens, en werden de inscripties verwijderd. Rosmus schreef de namen in 199 5 als protestactie met houtskool eigenhandig weer op de tableaus. Twee jaar later herstelde Beieren de fout door bij de ingang een nieuw plakkaat te plaatsen waarop de doden worden genoemd.

Zo was de cadans van de verwerking van het nazi-verleden in Duitsland. Verdringen, bewustworden, protesteren, gedenken. Actueel is het Derde Rijk nog steeds: in Berlijn is in oktober begonnen met de bouw van het grootste holocaust-monument ter wereld. Maar worden Duitsers en Oostenrijkers de Vergangenheit niet moe? Hoe gedenkt de geboortestreek van de douanierszoon Adolf Hitler, het oostelijke grensgebied van Duitsland en Oostenrijk, het oorlogsverleden? Hier liggen 'bruine steden' als het Oostenrijkse Braunau, waar Hitlers wieg stond, en het Zuid-Beierse Passau, waar hij als peuter korte tijd woonde. Bij het Duitse skidorp Berchtesgaden, op de idyllische Obersalzberg niet ver van Braunau, had de Führer zijn vakantiehuis en in de oorlog zijn reservehoofdkwartier. Hitlers geboortestreek, zo heet het, is 'het schuldige land' dat meer dan vijf decennia na dato nog steeds niets zou willen weten van het eigen, foute verleden.

VERSTRENGELING

Het is het levenswerk van de schrijfster Anna Rosmus (1960), de 'schrik van Passau', om het beeld van het schuldige land te voeden. Boek na boek klaagt de twee jaar geleden naar Washington uitgeweken Passause haar stadgenoten aan. Ze dook de archieven in – naar eigen zeggen systematisch tegengewerkt door het stadsbestuur - en beschreef als eerste de groei van Hitlers NSDAP in Passau, de terreur tegen de kleine joodse minderheid die eind jaren twintig al begon te vertrekken, de nazi-werkkampen in de stad, de gedwongen abortussen bij gevangen vrouwen, en de executies in de bossen van Russische krijgsgevangenen in de laatste oorlogsdagen. Ze kreeg prijzen voor haar werk van de joodse gemeenschappen in de Verenigde Staten en Duitsland, onder meer de Holocaust Memorial Award en de Galinski Preis. Rosmus wijst in interviews steeds op de 'ongewoon lange en intensieve verstrengeling van Passau met het nationaal-socialisme'. De stad heeft 'eenvoudig een extreem hoge dichtheid aan wrede achtergronden' en is volgens haar in het 'afwijzen van anderen veel agressiever dan andere Duitse plaatsen'.

Aan twee feiten kon Passau in elk geval niets doen. De SS'er Adolf Eichmann, de bureaucratische organisator van de Endlösung, de industriële moord op miljoenen joden, is er getrouwd. En Hitler woonde als driejarige kleuter in het pand Kapuzinerstrasse nummer vijf, aan de zuidoever van de Inn. Een paar honderd meter verder mondt de rivier uit in de Donau. Nieuwsgierigen die bij de plaatselijke VVV of het stadhuis naar de woning vragen, werden nog niet zo lang geleden steevast afgescheept met de smoes dat niemand de plek meer weet te vinden. Deze keer niet. Keurig geeft een medewerkster van de gemeentelijke cultuurdienst het adres.

Het rood geverfde pand met een hoektorentje, twee verdiepingen en een geïmproviseerde garage in de tuin, ligt wat achteraf bij de bewaakte parkeerplaats van de Innstadt Brauerei. Aan de overkant van de straat een bord met reclameposters. Eentje springt eruit: 'Rechts-extremisten niet gewenst!', een boodschap van de burgers van Passau. De bekende sporen van het nazi-toerisme - neergekalkte hakenkruizen - zijn niet te vinden.

Achter het huis loopt een enkelspoor en stroomt de rivier. In het groen op de basaltblokken speelde Hitler vaak cowboytje en indiaantje. Bijna was zijn leven hier geëindigd. Als een buurjongetje op zekere dag niet had ingegrepen toen Adolfje, die niet kon zwemmen, in het vuur van het spel te water raakte, was de Führer-in-de-dop wellicht geëindigd als een van de tientallen aangespoelde lijken op het Kerkhof der Namelozen aan de oostrand van Wenen. Zijn redder, Johann Kühberger, werd later priester, organist van de kathedraal en in 1939 pauselijk thesaurier in Passau.

NOEDELVARIANTEN

De Passause binnenstad is Beiers degelijk, schoon en kleurig. De oude bisschopsstad van vijftigduizend inwoners moet het tegenwoordig vooral hebben van het riviertoerisme op Donau en Inn.Talloze Gasthöfe bieden eikenhouten huiselijkheid en noedelvarianten. De boekwinkels hebben het werk van Anna Rosmus niet op de plank liggen. Boekhandel Rupprecht in de Ludwigstrasse, twee verdiepingen: geen titel. Boekhandel Am Paulusbogen aan de Rindermarkt: niets. Boekhandel Pustet bij de Nibelungenhal, gebouwd als werkgelegenheidsproject in de jaren dertig en bekend van de jaarlijkse manifestaties van neonazi-partijen: idem. Rosmus is uitverkocht, zo heet het steeds, en het is alweer twee jaar geleden dat haar laatste boek verscheen. Wel zijn allerhande biografieën van Hitler te koop, studies over de holocaust, over het Duitse verzet tegen de nazi's. En dure fotoboeken over het Passause stads- en natuurschoon.

Verdringt Passau het verleden nog steeds? Volgens Max Brunner, al vijftien jaar directeur van de cultuurdienst, was Passau 'een doorsneestad in het Derde Rijk' en is het 'bruine beeld' dat Anna Rosmus schetst niet op feiten gebaseerd. 'We doen alles om die periode te laten onderzoeken door competente, wetenschappelijk opgeleide historici,' zegt Brunner in het stadhuis aan de Donau. 'Rosmus is dat eenvoudigweg niet. Zij ziet zichzelf eerder als journalist.'

Begin jaren negentig haalde Brunner de Anne Frank-tentoonstelling naar de stad. 'Een groot succes, enorm door de bevolking bezocht en geaccepteerd.' Op een van de mooiste lokaties in het centrum, de boulevard langs de Inn-oever, verrees een metershoge sculptuur van ijzer ter herinnering aan de slachtoffers van de nazi's. Naar Amerika geëmigreerd medeburgers van joodse komaf werden uitgenodigd voor een bezoek aan Passau. Israëlische schrijvers gaven lezingen aan scholen. 'We hebben niet geprobeerd de zaak met één alibi-actie af te doen,' zegt Brunner. 'We willen doorlopend jonge mensen aan het denken zetten over dat deel van de Duitse geschiedenis.' Wel geeft hij toe dat de meeste initiatieven pas werden genomen nadat Rosmus de eerste steen had geworpen. 'Zij heeft fouten gemaakt, ja, maar veel van wat ze schreef, was juist. Tot zij vragen begon te stellen, deden veel mensen alsof er nooit iets was gebeurd.'

De historicus Stefan Rammer, onderzoeksjournalist bij de uitgeverij Neue Passauer Presse, bestudeerde onder meer de verkiezingsuitslagen in de jaren dertig. Volgens hem blijkt daaruit niet dat Passau 'bruiner' was dan andere Duitse steden. In juli 1932 stemde bij de Rijksdagverkiezingen 31,6 procent van de Passause kiezers op Hitler, beduidend onder het Duitse gemiddelde van 37,3 procent. Rammer: 'Passau was een bisschopsstad. De katholieke kerk was in het begin resistent tegen de nazi-ideologie omdat die pretendeerde een vervangende religie te zijn.' Het stadsarchief beschikt over liefdesbrieven van Passause vrouwen aan hun Führer. 'Maar die zijn in elke Duitse stad te vinden.'

Rammer ziet het werk van Rosmus als een voorbeeld van de toenemende 'onserieusheid' waarmee het Derde Rijk in Duitsland zou worden bejegend. 'Zij was net van de middelbare school toen ze begon te spitten. Wat ze schrijft, steunt vaak slechts op een paar bronnen en is volledig onbetrouwbaar. Zo beweert ze dat hier in de omgeving tweeduizend Russische krijgsgevangen zijn doodgeschoten. In werkelijkheid waren het er 146. Passau heeft steeds weer geprobeerd met Rosmus samen te werken. Van een verklaarde vijandschap is geen sprake. Wel van irritatie. De stad voelde zich te snel aangevallen. Passau was slecht voorbereid, en Rosmus ook.'

CULTFIGUUR

Wie weet wordt Hitler de komende tien jaar een cultfiguur, zegt Rammer. 'Nu heeft iemand weer ontdekt dat hij homo was. Is dat interessant? Het weekblad Der Spiegel adverteerde dit jaar voor een twintigdelige serie artikelen over de erfenis van het Derde Rijk met zijn portret op reclameposters. Beelden uit die tijd worden geësthetiseerd. Neem de kleurenversie die is opgedoken van het bekende filmpje van Hitler met zijn minnares Eva Braun op de Berghof. Het lijkt een Heimatfilm.'

Rammer noemt ook de jongste roman van Harry Mulisch, Siegfried, over een fictieve zoon van de Führer. 'Tien jaar geleden had hij dat niet zo kunnen schrijven,' zegt Rammer. 'Het is allemaal onthistorisering. Taboes verdwijnen. Er is een zorgelozer omgang met dit verleden dan vroeger.'

De B12 voert van Passau naar Braunau door het golvende dal van de Inn: een rit van een uur. In het Duitse Simbach slingert de straat neerwaarts naar de rivier. Een hoge betonnen brug, de grens, leidt naar het kleine centrum van Hitlers inmiddels achttienduizend inwoners tellende geboorteplaats. Zo zou de Führer het hebben gewild. Geen slagbomen, en van de douane geen spoor te bekennen. In Mein Kampf bedacht hij hoe treffend het was dat hij in Braunau was geboren: direct aan de grens met het grote Duitsland, op het snijvlak van de twee 'Duitse naties' die moesten worden herenigd.

Na Braunau en Passau verhuisden de Hitlers naar de omgeving van het nabije Linz, waar nog steeds verre verwanten wonen. Ze hebben hun achternaam veranderd. In de jaren dertig werd dit landsdeel, Opper-Oostenrijk, de 'thuisgouw van de Führer' genoemd, een imago dat het landsdeel nog altijd aankleeft. Braunau werd na de Anschluss van 1938 in opdracht van de nazi-propagandamachine door talloze schilders vereeuwigd. De stad verscheen op postzegels, poststempels en in fotoboeken over Hitler. De provincie herbergde de concentratiekampen Mauthausen en Gusen. Het kasteel Hartheim, aan de Donau tussen Linz en Passau, had een gaskamer (Euthanasieanstalt) voor joden en gehandicapten.

BLOK GRANIET

Toch had Hitler weinig op met zijn geboorteplaats. Toen hij in 1938 zijn stedenbouwkundige plannen ontvouwde, bleek voor Linz gigantische nieuwbouw te zijn voorzien, terwijl zijn 'liefgeworden grensstadje' Braunau werd afgescheept met een theatertje en een ziekenhuis. Beide plannen werden overigens nooit gerealiseerd. Anno 2001 lijkt de Stadtplatz, de centrale winkelstraat met z'n rustieke pastelbarokpanden, nog steeds op een dorpsplein rond etenstijd. Achter de poort aan de zuidzijde, de Salzburger Tor, begint de Salzburger Vorstadt, de straat met Hitlers geboortehuis. Nummer vijftien is een slecht onderhouden, zestiende-eeuws pand waarvan de gele verf afbladdert en de kozijnen hun langste tijd hebben gehad. Hitlers rechterhand Martin Bormann maakte in 1939 van het huis een galerie ter ere van de Führer. Later was het een bank, een school en een bibliotheek. De huidige huurder is de Oostenrijkse Lebenshilfe, een zorgstichting die er een werkplaats heeft voor een veertigtal geestelijk en lichamelijk gehandicapten.

Alleen het blok bruin graniet op het trottoir geeft aan dat dit een bijzonder huis is. 'Voor vrede, vrijheid en democratie,' luidt het opschrift. 'Nooit meer fascisme. Miljoenen doden waarschuwen.' De klomp komt uit de steengroeve van Mauthausen, waar Nederlandse joden op 31 mei 1943 zelfmoord pleegden door tijdens het stenen sjouwen van een vijftig meter hoge rand te springen. De plek werd bekend als de Judensprung.

Hitler is voor Braunau een 'ongewenste erfenis'. Zo luidde de naam van de eerste geschiedenisdagen die de plaatselijke historische vereniging sinds 1992 jaarlijks houdt. Dus hoe van de nood een deugd te maken? Toen de medelidstaten van de Europese Unie, verontrust over de regeringsdeelname van de rechtsradicale FPÖ van Jörg Haider, vorig jaar sancties tegen Oostenrijk instelden, kwam de hoofdredacteur van de plaatselijke krant op het idee om een antifascistisch centrum in het Hitlerhuis te vestigen.

'Het feit dat Hitler hier is geboren, betekent voor ons een bijzondere verplichting en verantwoordelijkeid,' zegt burgemeester Gerhard Skiba. Graag maakt hij tijd om het geplande 'Huis der Verantwoording' toe te lichten. 'De verhoogde aandacht van de buitenwereld voor Braunau is voor ons een kans om vredesideeën de wereld in te krijgen. En de sancties gaven aanleiding om een daad ten gunste van Oostenrijk te stellen.'

In de eerste opzet bevat het Huis naast een documentatiecentrum over de nazitijd, een derdewereldgroep en een studiecentrum voor vredesvraagstukken, ook een 'Vredesdienst'.

Over het concept wordt nog gediscussieerd. Het pand is nog niet beschikbaar. Eerst moet het worden gerestaureerd en moet de Lebenshilfe een ander onderkomen vinden. 'Het zal nog drie tot vijfjaar duren,' denkt de burgemeester. Het Huis is al wel op internet te bezoeken (www.hrb.at).

Het initiatief 'heeft inderdaad iets politiek-corrects', zegt Horian Kotanko, historicus en voorzitter van de geschiedenisvereniging, maar dat vindt hij niet erg. Het beeld dat Braunau een 'bruine stad' is, zit hem dwars. Het verkiezingssucces van de FPÖ in Braunau, waar de partij de op een na grootste is – partijleider Susanne Riess-Passer is hier geboren -, is in de linkse Weense kranten onterecht breed uitgemeten, zegt Kotanko. 'En dan wordt de geschiedenis er weer bij gesleept. Maar vóór 1938 was Braunau geen bolwerk van de nazi's. Bij de regionale verkiezingenvan 1931 scoorden ze 7 procent, tegen 30 procent in Innsbrück. Een voorstel om Hitler tot ereburger van de stad te benoemen, werd in 1933 afgewezen.'

AFGELOPEN

Is het niet allemaal te veel? Een Huis in Braunau, een KZ-museum in het slot Hartheim, een joods museum en een reusachtig holocaust-monument in Berlijn, avond na avond – nog steeds - het Derde Rijk op televisie? Onlangs werd in Oostenrijk gedebatteerd over uitspraken van de filosoof Rudolf Burger, die vindt dat het Grote Gedenken nu maar eens afgelopen moet zijn. Kotanko: 'Ik denk dat de meeste mensen het met hem eens zijn. Ik vind niet dat we moeten vergeten. Aan de andere kant: Hitler was niet het einde van de geschiedenis. Er is ook zoiets als overcorrect gedrag. Een overdrijving van emoties. Soms ontbreekt de afstand. We hebben minder emotie nodig.'

Voor minder emotie is Berchtesgaden de juiste plek. Hier wordt, midden in het voormalige Führersperrgebiet op de Obersalzberg, boven op de fundamenten van de vakantiehuizen en de zwembaden van Martin Bormann en Hermann Göring, een viersterren Intercontinental-hotel van 150 miljoen gulden (68 miljoen euro) gebouwd. Mét tennisbanen en een golfterrein.

Het ‘uitzicht van het kwaad’ als geldmachine. Vanaf het zitje dat Göring in z’ n achtertuin had, kon hij genieten van de Duitse Alpen in het noorden, met als huiveringwekkend hoogtepunt de kale, gekartelde haaientandtoppen van de Untersberg op 1972 meter hoogte. Een Heidi-landschap van bossen, bergweiden en boerderijen, tientallen kilometers ver. Hitlers Berghof lag enkele tientallen meters lager. Hij liet zich er toejuichen door scharen Duitse jongens en meisjes ('Wij willen onze Führer zien!'), poseerde er als mensen- en dierenvriend voor de camera van rijksfotograaf Heinrich Hoffmann, ontving er in 1938 de Britse premier Neville Chamberlain en plande er de invallen in Tsjecho-Slowakije, Polen en Rusland. De plek is nu gemengd bos.

HITLERBUS

Deze alpenvesting, een term van propagandaminister Joseph Goebbels, werd op 25 april 1945 door 318 Britse Lancasters gebombardeerd. Bijna alle ruïnes zijn inmiddels gesloopt. Eerst door de Amerikanen, die hier een vakantiecentrum voor hun leger in Duitsland hadden, en toen door de deelstaat Beieren, die de berg in 1996 weer in eigendom kreeg. Bij de parkeerplaats voor de bus naar Hitlers Adelaarsnest - het theehuis boven op de berg dat gespaard bleef - staan nog de bulldozers die pas onlangs de voormalige SS-kazerne met de grond gelijk maakten.

Het oude SS-café Hintereck doet goede zaken, net als twee winkeltjes met Beierse snuisterijen en boeken met 'zeldzame foto's en documenten' over de berg. Het Adelaarsnest is de rijkste goudmijn van het skioord Berchtesgaden, zolang er geen sneeuw ligt. Bussen met een meterslange panoramafoto van het uitzicht en een manshoge adelaar als opdruk rijden af en aan. 'De Hitlerbus,' zegt een Amerikaanse toerist.

Jaarlijks komen tienduizenden Duitsers en buitenlanders op bezoek, al loopt het toerisme wel terug. 'Dat komt doordat vliegvakanties zo goedkoop zijn geworden,' volgens een medewerkster van de plaatselijke VVV. 'We hopen dat het nieuwe hotel weer een impuls geeft.' Van nazi-toerisme heeft Berchtesgaden niet veel last meer, behalve op Hitlers verjaardag, als neonazi's hun idool ter plekke willen eren. De politie let op en de dagen dat je hier 'echte haren van Hitler' kon kopen, zijn voorbij.

Michel Friedman, vicepresident van de Centrale Raad van Joden in Duitsland, heeft gezegd dat de bouw van het hotel 'de historische realiteit van de Obersalzberg versluiert'. Abe Fosman van de Amerikaanse Anti-Defamation League noemde het plan 'ziek' en het Simon Wiesenthal Centrum vond het ‘schandalig'. Om de critici tot bedaren te brengen, heeft Beieren een klein documentatiecentrum over het Derde Rijk gebouwd, ingericht door het Instituut voor Moderne Geschiedenis in München. Maar de beperkte tentoonstelling- foto's van opgehangen joden, beeld- en geluidsmateriaal en plakkaten met tekst en uitleg over de nazi-machinerie - kan niet de indruk wegnemen die de Obersalzberg bij een bezoek achterlaat: Berchtesgaden is overgegaan tot de orde van de dag.

Het holocaust-monument dat in hartje Berlijn zal verrijzen, is eerder de afsluiting dan de toekomst van het herinneren. Nu alle maatschappelijke taboes in Duitsland en West-Europa die samenhangen met de nazitijd, langzaam eroderen en verdwijnen - immigratie is een open kwestie geworden, euthanasie is bespreekbaar - begint ook het gedenken te verzakelijken.

Op Görings speelweide is met geel en blauw gekleurde zuilen al aangegeven wat waar moet komen. Innenhof, Halle, Restaurant. Straks kijken kapitaalkrachtige toeristen hier uit hun raam, zich vergapend aan het uitzicht van het kwaad, ruikend aan een mooie wijn.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten