dinsdag 3 mei 2022

De anatomie van propaganda. Waarom we liever niet praten over de inzet van fléchettes in 'urban warfare'


 

Rijdt u in een comfortabele, van smaak, beschaving en welstand getuigende Saab? Dan bestaat de kans dat uw stuk ijzer misdaden tegen de menselijkheid heeft voorkomen. Althans, voor hetzelfde geld waren er fléchettes van gedraaid.

De fabrikant van uw auto fabriceert namelijk ook fléchette-munitie. Al tot oud verdriet en protest van Zweedse vredesclubs. Saab/Bofors produceert en exporteert, op z’n minst sinds 2011, helse granaten die bij ontploffing-op-hoogte 1100 metalen pijltjes-met-staartvinnen, fléchettes genaamd, met een enorme snelheid loslaten. Met dodelijk effect in een gebied zo groot als een voetbalveld. De soort munitie dateert al van de Eerste Wereldoorlog maar varianten zijn ook gebruikt door de Verenigde Staten in Vietnam en door Israël in de Gaza-strook. De werking is eenvoudig te begrijpen: iedereen die zich buiten beschermende muren bevindt en geen deugdelijk dak boven het hoofd heeft, wordt geperforeerd.

Humanitair voordeel, voorzover je daarvan mag spreken, is dat fléchette-ladingen niet, zoals bij clustermunitie wel het geval is, ononplofte explosieven achterlaten die onbedoelde doden en gewonden kunnen veroorzaken. Militairen zien de pijltjesgranaten mede daarom als een aanvaardbaar alternatief voor clusterbommen, waarvan het gebruik inmiddels al in meer dan honderd landen is verboden.

Lucratieve handel

Mensenrechtenorganisaties pleiten juist al heel lang voor een algeheel verbod op fléchette-munitie. Het oordeel van Amnesty luidt: They should never be used in built-up civilian areas’, juist vanwege de grote kans dat bij het afschieten ervan in dorpen en steden behalve militairen ook burgers worden getroffen. Tot nu toe komt zo’n verbod er niet van. Onder meer omdat het voor Saab/Bofors en andere wapenfabrikanten en een aantal landen blijkbaar heel profijtelijk is om oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid mogelijk te maken. Zoals de Canadese politicoloog Raymond Taras al in 2015 schreef, ‘[Sweden] agressively promotes its arms export industry which includes sales of the “meat grinder” flechette Area Defense Munition [ADM] condemned by Amnesty International’.

Ondanks zulke protesten gebruiken meer dan veertien landen, waaronder de Verenigde Staten, Canada, Zweden, de Baltische staten en Oekraïne, inmiddels het wapensysteem waarmee deze Zweedse gruwel-darts kunnen worden afgevuurd. Het ‘Multiple Role Weapon System’ Carl Gustav M4 van Saab/Bofors is een schouderraketsysteem dat in de pers steevast wordt omschreven als een antitankwapen. Het is echter evengoed een antipersoneelswapen. Ook met de oudere M3-versie was het al mogelijk om ADM-ladingen te verschieten. Volgens Saab/Bofors, volgens een Amerikaanse leger-instructie en volgens wapenexperts is de Carl Gustav in combinatie met deze munitie vooral effectief in ‘urban warfare’. In terrein dus waar de kans op burgerslachtoffers het grootst is, zoals Amnesty waarschuwt. De aanbevolen effectieve afstand tot het doelgebied is honderd tot maximaal tweehonderd meter. Dan heb je het over straatgevechten.

Het trainingsvoorschrift voor de Carl Gustav M3 van het Amerikaanse leger TC 3-22.84 volgt de omschrijving van de fabrikant en noemt dat de ADM-lading is ‘intended for area protection; used as an antipersonnel munition for close-in protection in tight conditions of jungle and urban warfare’. Niettemin behoren bij inzet in een wijde omgeving veiligheidsmaatregelen te worden genomen. Voor het ‘veilige’ gebruik ervan – dat wil zeggen, zodat geen eigen troepen dodelijk worden geraakt – wordt een straal van liefst 330 meter voorgeschreven. ‘Crews shall use extreme caution when firing within these distances of adjacent personnel and friendly troops.’ Voorzichtigheid in verband met mogelijk aanwezige burgers wordt, gek genoeg, niet genoemd.

Sinds 2014 hoort de Carl Gustav tot de standaard uitrusting van Amerikaanse infanteriepelotons en sinds 2017 is ook het Amerikaanse marinierskorps ermee bewapend. Nederland heeft bij de vernieuwing van z’n arsenaal gekozen voor de Duitse Panzerfaust 3, een raketsysteem van Dynamit Nobel AG waarvoor geen ADM-ladingen voorhanden zijn. Oekraïne beschikte in maart dit jaar over een onbekend aantal Carl Gustavs, in allerijl geleverd door Canada (eerst 100 stuks), Zweden en mogelijk ook de Verenigde Staten. 

Fléchettes in Bucha

Fléchette-munitie is in de Oekraïense oorlog volgens getuigen op 25 of 26 maart 2022 gebruikt in Bucha, het eerst gemeld in een bericht van The Washington Post van 18 april. Het is de moeite waard om dat bericht, dat meer dan drie weken na het gebruik van de fléchettes verscheen, eens nauwkeurig te lezen en te letten op het toepassen van framing. Wat wordt wel en niet gezegd?



Al meteen in de eerste zin is sprake van ‘Russian mini-arrows’. Een inwoonster van Bucha komt aan het woord die pijltjes uit haar tuin had verzameld. Volgens haar was er een artilleriegranaat ontploft boven een Russische stelling of post die vlakbij haar huis was ingericht. Opvalt dat de journalist van The Post niet opmerkt of vraagt of het Russische leger dan blijkbaar de pijltjesregen op zichzelf had afgevuurd. Op 25 en 26 maart was Bucha nog vast in Russische handen, een situatie, bovendien, die sinds het begin van de maand niet was veranderd. De frontlijn liep de gehele maand maart ten zuiden van het stadje, langs een watertje dat Bucha scheidt van het achter de zuidelijke oever gelegen, veel grotere Irpin. Beide plaatsen liggen aan een strategisch belangrijke weg naar Kiev.

Pas op 30 maart verliet het Russische leger Bucha, nadat het de dag tevoren z’n incursie in het noorden van Irpin na een maand van straatgevechten had teruggetrokken. Je zou dus zeggen dat de vijf dagen eerder op een Russische stelling afgeschoten ADM-lading waarvan in The Washington Post sprake is, afkomstig moet zijn geweest van Oekraïense zijde. De Britse wapenexpert Neil Gibson, werkzaam voor het private bedrijf Fenix Insight (Britse ex-militairen die werken voor het Britse ministerie van Defensie), claimde echter foto’s te hebben gezien van gevonden fléchettes, die volgens hem waarschijnlijk afkomstig waren uit een Russische 3Sh1 granaat.

Gibson vergat te vermelden dat Oekraïne sinds het opbreken van de Sovjet-Unie precies dezelfde spullen heeft. Een Oekraïense majoor mocht ter provisorische reparatie te berde brengen dat zijn land ,,does not use shells with flechettes”. Wat door Human Rights Watch is tegengesproken. Gebruik van in ieder geval één 122 mm fléchette-granaat door het Oekraïense leger in 2014 in de Donbas is bevestigd in twee van haar rapporten.

Ook vergat Gibson te vermelden dat het gebruik van fléchettes in Oekraïne in maart 2022 niet beperkt is gebleven tot Bucha. Oekraïense forensisch artsen verklaarden zes dagen na het bericht in The Washington Post in The Guardian dat ze fléchettes hadden aangetroffen in de lichamen van burgerslachtoffers uit Bucha en Irpin. “We found several really thin, nail-like objects in the bodies of men and women and so did others of my colleagues in the region,” volgens Vladyslav Pirovskyi, een Oekraïense forensisch arts in The Guardian. “It is very hard to find those in the body, they are too thin. The majority of these bodies come from the Bucha-Irpin region.”

Het oorlogsverloop in de regio wijst uit dat in de tweede helft van maart de meeste slachtoffers in Irpin moeten zijn gevallen. De afgeslagen of afgebroken Russische aanval op Irpin heeft gediend als bloedig offer om Oekraïense troepen te binden die anders het regeringsleger in de Donbas hadden kunnen versterken. In het noorden van Irpin heeft zodoende bijna een maand lang ‘urban warfare’ gewoed, waarbij één of, wat waarschijnlijker is, beide partijen fléchette-munitie hebben afgevuurd.

Een in alle kranten en andere media ‘vergeten’ fléchette-wapen op het Oekraïense strijdtoneel is de Carl Gustav. Hét systeem dat vuurkrachtvoordeel oplevert in het soort wekenlange gevechten dat zich in maart in en rond Irpin afspeelt. Of Oekraïne inderdaad naast de gangbare antitankmunitie ook ADM-ladingen heeft meegeleverd gekregen voor z’n Carl Gustavs uit Canada en Zweden weten we niet. Praten we niet over.

Gecompromitteerde crime scenes

De voor de hand liggende vraag is nu uit welke wapensystemen de aangetroffen pijltjes in de lichamen van de burgerslachtoffers uit Bucha en Irpin afkomstig zijn. Precies die vraag laat zich, zo valt te vrezen, nauwelijks nog met enige betrouwbaarheid, laat staan zekerheid beantwoorden.

Onafhankelijke onderzoekers die niet behoren tot een oorlogvoerende partij zijn tot nu toe niet ter plekke geweest. Mochten ze ooit aan de slag gaan, dan zijn ze te laat. Dan hebben ze het bewijsvoeringsproces niet kunnen waarnemen of controleren, het verband tussen object, plaats en slachtoffer niet kunnen vaststellen, niet kunnen zien of er met de lichamen van de slachtoffers is gesleept of geknoeid. Weken na de gebeurtenissen treffen ze gecompromitteerde crime scenes aan. Hun voornaamste functie zal daarom zijn om de Oekraïense en westerse versie van de gebeurtenissen zo veel mogelijk te juridiseren en te medicaliseren, op een manier die het publiek in de Verenigde Staten en West-Europa duidelijk moet maken dat regime change in Moskou niet alleen politiek noodzakelijk maar ook moreel imperatief is.

Het nieuws over het gebruik van fléchettes had in ieder geval een door Oekraïne gewenst effect op de persagenda’s in het Westen. Op dezelfde dag dat The Washington Post z’n rammelende en mogelijk door de Oekraïense veiligheidsdiensten geïnstigeerde verhaal bracht, publiceerde concurrent The New York Times een veel gedegener ogend onderzoek naar het gebruik, door Oekraïne, mind you, van clusterbommen in het dorpje Gusarovka, ten noordwesten van Kramatorsk. Het laat zich raden welk nieuws de meeste verspreiding heeft gekregen.

Nederlandse kranten negeerden, opvallend genoeg, zowel de fléchettes in Bucha als de clusterbommen in Gusarovka. Maar zowel de Britse The Economist als de Britse The Guardian kwam op 24 april met een follow-up – allebei niet op het stuk in The Times maar op het verhaal in The Post. De krant verzweeg de eerder genoemde data van 25 en 26 maart, liet het ongeloofwaardige schieten van de Russen op hun eigen posities achterwege, en schreef dat Oekraïense artsen fléchettes hadden aangetroffen. ‘[O]f a type fired by Russian artillery.'

Een slag om de arm, ineens. Alsof Fenix Insight toch niet de meest betrouwbare bron was gebleken. De politiek explosieve mogelijkheid dat Oekraïne behalve over dezelfde fléchette-munitie als Rusland ook beschikt over specifiek voor ‘urban warfare’ geschikte ADM-ladingen in door het Westen geleverde Carl Gustavs M3 of M4 werd wederom niet genoemd.

In The Daily Mirror van 19 april kwam Gibson nogmaals aan het woord. Nu verklaarde hij dat fléchettes ‘generally less useful’ waren; ‘they were mostly appropriate for specific circumstances such as striking troops in the open’. Met als implicatie dat het inzetten van fléchettes in Bucha, door de Russen, met als doelwit zichzelf, een bijzonder perfide, opzettelijke aanval op burgers was geweest. Een echte militair zou zulk ondoelmatig gebruik van schaarse middelen niet in z’n hoofd halen. Die zou z’n ADM-ladingen bewaren voor het ‘open field’. Ook in The Mirror geen woord over de Carl Gustav.

Een simpele zoekslag naar militaire en militair-industriële waardering voor ADM-ladingen laat zien hoe hier de militaire ratio achter zulke wapens wordt verborgen en verbogen. Dat ADM ‘appropriate’ werkt tegen militairen in het open veld, daar kan iedereen zich een levendige voorstelling van maken. Het is echter niet de reden voor de ontwikkeling ervan. De munitie is bedoeld om in de doorgaans hoog-dodelijke strijd in steden het aantal slachtoffers aan eigen zijde te beperken en dat aan gene zijde te verhogen. Gebruik van ADM dwingt de verdediger in urbane milieu’s om zoveel mogelijk binnen te blijven, zodat de aanvaller met minder risico’s de controle kan veroveren over het openbare gebied.

Een streep door ‘Istanboel’

Intussen het grotere plaatje. ‘Bucha’ vond namelijk plaats op een strategisch erg belangrijk moment.

Onderhandelingen op hoog niveau tussen Oekraïne en Rusland, op uitnodiging van de Turkse president Erdogan, begonnen op 29 maart in Istanboel. Op 28 en 29 maart trokken de Russen zich terug uit Irpin, naar eigen zeggen als gebaar van goede wil. Op 29 en 30 maart verlieten ze ook Bucha en verbraken ze hun halve omsingeling van Kiev. Twee dagen later, op 1 april, verscheen op het YouTube-kanaal van het Oekraïense Kievskiy Dvizh Telegram een 41 seconden durend filmpje van iemand die in gezelschap van enkele anderen in een auto door een straat in Bucha rijdt en links en rechts lichamen op straat ziet liggen. Kijk, dat hebben de Russen gedaan, was de boodschap.

Wat was er gebeurd? In een ‘fact check’ door het internationaal persburo AFP wordt vermeld dat AFP pas op zaterdag 2 april toegang kreeg tot Bucha. In een ‘update’ van 4 april meldt het buro wat achtergebleven inwoners van het stadje over de gebeurtenissen vertelden: ‘Residents say Russian troops would go from building to building, take people out of the basements where they were hiding from the fighting, check their phones for evidence of anti-Russian activity and take them away or shoot them.’

Russische razzia’s dus. Rusland daarentegen beschuldigde het Oekraïense leger ervan dergelijke ‘zuiveringen’ in Bucha en Irpin te hebben uitgevoerd in het vier dagen lang voor alle journalisten afgesloten niemandsland op 29, 30 en 31 maart en 1 april. Dergelijke militaire acties zijn overigens voorgeschreven na de verovering van een gebied of stad, ter bestrijding en overmeestering van achtergebleven vijandelijke elementen. Volgens het Kremlin zou in Bucha meteen na het Russische vertrek jacht zijn gemaakt op pro-Russische sympathisanten en mensen die door Oekraïense nationalisten als collaborateurs werden beschouwd. Pers die zulke beweringen zou kunnen staven, was niet aanwezig. Oekraïense autoriteiten hadden journalisten de toegang tot Irpin al verboden sinds de dood van de Amerikaanse filmmaker Brent Renaud op 13 maart bij een Oekraïens checkpoint.

The New York Times publiceerde, ook op 4 april, satellietfoto’s gemaakt door het Amerikaanse commerciële spionagebedrijf Maxar Technologies van een straat in Bucha bezaaid met meer dan tien lichamen. Er moest uit blijken dat de lichamen er al lagen sinds 9, 10 en 11 maart, en dus wel het slachtoffer moesten zijn van Russische terreur in de periode dat het Russische leger Bucha had bezet – ervan uitgaande, natuurlijk, dat met foto’s en bijbehorende data niet is geknoeid en dat in die dagen geen Oekraïens schot richting Bucha is gelost. Wat in dit narratief moeilijk is in te passen, is de vreugde over het vertrek van de Russen bij de burgemeester van Bucha in een socialemediafilmpje van 31 maart; hij rept met geen woord over tientallen lijken op straat.

Toch, als was het een echo-op-afspraak, wisten westerse politieke centra en grote westerse mediaconcerns: Poetin is nu te ver gegaan. De Russische lezing werd definitief buitengesloten. Niettemin was het fenomeen van Oekraïense militaire zuiveringen in door de Russen verlaten gebied wel eerder waargenomen, getuige bijvoorbeeld een bericht van AFP op 29 maart, drie dagen voordat alle aandacht zou uitgaan naar Bucha: ‘Ukrainian soldiers finish clearing Russian troops from the village of Mala Rogan on the outskirts of second-largest city Kharkiv’. Ook daar had dus zo’n ‘schoonmaak’ in het kielzog van een Russisch vertrek plaatsgevonden.

Onafhankelijk onderzoek in Bucha en Irpin, dat onmiddellijk ingesteld had moeten worden, dat Oekraïne en het Westen hadden behoren te eisen, is er nog steeds niet geweest. In plaats daarvan werden de gruwelen van de oorlog op hoog politiek niveau gebruikt om Zelensky te pressen het Istanboel-proces af te breken en Rusland verder te isoleren. Een verzoek van Rusland om in een speciale bespreking in de VN-Veiligheidsraad op 4 april de zaak aanhangig te maken werd door voorzitter Groot-Brittannië om onduidelijke redenen geweigerd.

De uitwerking van dit alles op de onderhandelingen in Istanboel, 29 maart en de dagen erna, was te voorspellen. Onder druk van ultrarechtse binnenlandse bondgenoten én de regeringen in Washington en Londen weigerde Zelinsky de Russische vredesvoorstellen te omarmen. De Europese Unie, deels uit veiligheids- en deels uit groene motieven erop gebrand om onafhankelijk te worden van Russisch gas, wist niet hoe snel ze de Amerikaanse confrontatiekoers moest volgen.

Geschokt door angstaanjagende beelden van wreedheden begaan door het Russische leger’, had Charles Michel, voorzitter van de Europese Raad, twee dagen na de ontdekking van lijken in Bucha getwitterd. ‘Verdere EU-sancties en -steun zijn onderweg.’

Medeplichtig?

Hoe is deze verbijsterend snel omarmde ‘one voice policy’ in het Westen te verklaren, anders dan dat ze voorbereid is vanuit een diepe russofobie en in de wetenschap dat snelle toewijzing van schuld aan oorlogsmisdaden (shaping public opinion) essentieel is in moderne informatie-oorlogen? Emotioneel bewerkte partijschap schept onwil om concurrerende feiten en interpretaties in de publieke discussie toe te laten, laat staan serieus te nemen en sommige ervan te integreren in het dominante narratief.

Feit is dat Oekraïense propaganda, daarin van harte gesteund door ongekend eensgezinde verontwaardiging in de westerse pers, er sinds begin april uit bestaat om alle burgerdoden van Bucha en Irpin te zien als slachtoffers van een Russische ‘massaslachting’. Geen feit, maar wel een reële mogelijkheid is dat in maart in Bucha en vooral Irpin burgerslachtoffers zijn gevallen, door Russische en/of Oekraïense artillerie of SS-stijl terreur, maar wellicht ook ten gevolge van de inzet in straatgevechten, door Oekraïne, van ADM-ladingen met nog maar pas door Canada of Zweden geleverde Carl Gustavs. En onder begeleiding wellicht, wie weet, van bijbehorende westerse (lees: Navo-) instructeurs.

Zo’n situatie zou onplezierig zijn voor die landen. Voor de Navo. En pijnlijk voor Saab/Bofors. Het zou een discussie veroorzaken over de vraag of men door de productie en levering van controversiële wapensystemen wellicht op enig moment medeplichtig zou kunnen worden gehouden aan mogelijke oorlogsmisdaden, gepleegd door Oekraïne. Het zou betekenen dat heel wat landen, niet in de laatste plaats de Verenigde Staten, de inzet van ADM-ladingen zouden moeten afzweren.

Dat ligt, begrijpelijk misschien, lastig. Dus praten we er niet over. Niet meer sinds een Oekraïense arts in The Guardian van 24 april vertelde dat ‘dozens’ lijken van burgerslachtoffers uit de regio Bucha-Irpin waren aangetroffen die bleken te zijn gedood door fléchettes. Niet door schoten in achterhoofd, nek of rug, zoals bij executies of snipervuur. Maar door de soort wapens die Rusland en Oekraïne beide bezitten. De soort die ook in het Westen wordt geproduceerd, die door experts wordt aanbevolen, die door allerlei landen volop aangekocht en nog ruimhartiger weggegeven wordt als ideale apparaten voor gebruik in ‘urban warfare’.

Fléchettes. Ze zouden verboden moeten worden. Maar nu nog even niet.


.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten