maandag 18 april 2022

Europa moet bij zinnen komen, wil vrede een kans krijgen



Onder Amerikaanse aanvoering heeft het Westen collectief besloten dat Rusland het nieuwste nazi-Duitsland is. Met Poetin versta je je niet, die mep je een blauw oog. Gevolg: sinds de Cuba-crisis van 1962 was de wereld niet zó onveilig. Een aansporing voor Europa om op de rem te trappen, voor het te laat is.

Voor u mogelijk verbaasd verder leest: dit verhaal is niet pro-Russisch, het is niet pro-Oekraïens. Het is pro-vrede. Aan de oorlog in Oekraïne moet zo snel mogelijk een einde komen. Moet dat niet de inzet zijn van alle humanitaire politiek vis-à-vis de crisis? Opdat er niet nog méér mensenlevens verloren gaan? En voordat het te laat is en iemands hand aan de atoomknop uitschiet? Maar er is een probleem: vrede teweegbrengen is niet de core business van Washington.

Al sinds 2014 sturen de Amerikanen in plaats van onderhandelaars en vredesplannen namelijk massa’s wapens naar Kiev. De Minsk I en Minsk II akkoorden van 2014 en 2015, gesmeed door Frankrijk, Duitsland en Rusland, bekrachtigd door de VN-Veiligheidsraad, zijn door Washington van tafel geveegd. Confrontatie is sindsdien het motto. Rusland moet kapot. En Europa huppelt, met nu en dan een braaf blafje, mee aan het Amerikaanse lijntje.

Nogal wiedes, hoor ik u denken. Oekraïne vecht immers voor een just cause en Poetin is toch stapelgek? Was internationale politiek maar zo simpel. Dat het ingewikkelder ligt, valt onder meer af te lezen aan de onvrede over het westerse Oekraïne-beleid in delen van de rest van de wereld. In Argentinië, Afrika, Saudi-Arabië, India en China. Ook dichter bij huis is er tegenstand. In februari van dit jaar werd de bevelhebber van de Duitse marine, vice-admiraal Kay-Achim Schönbach, ontslagen vanwege strategisch verschil van inzicht met het kabinet-Scholz. Een maand later moest de baas van de Franse militaire inlichtingendienst, generaal Eric Vaud, het veld ruimen. Zogenaamd omdat zijn dienst het verloop van de oorlog in Oekraïne niet had voorspeld.

Sinds de Russische invasie van 24 februari is het credo in de pers dat Frankrijk en Duitsland ‘erg naïef’ zijn geweest in hun contacten met Rusland. In het bijzonder met de persoon van Poetin, het gezicht van het probleem. Maar dit doekje voor het bloeden verbergt diepgaande verschillen van inzicht. Vladimir Poetin is een wrede dictator, maar gek is hij niet. Eerder voorspelbaar. Tevens is hij de leider van een nucleaire wereldmacht, en alleen al dat feit zou inderdaad tot enige overpeinzing moeten leiden. Tot een verhaal over de oorlog en z’n achtergronden waarin vrede wél een kans krijgt.

Existentiële bedreiging

Sinds 2008 is uitbreiding van de Navo met Oekraïne en Georgië een verklaard doel van Washington. Moskou heeft de Navo-uitbreidingen van 1997 en 2004 geslikt; zowel de Verenigde Staten als Duitsland had beloofd dat ze niet zouden gebeuren. ‘Not an inch’, zei James Baker. Maar in 2008 trokken de Russen een rode streep. Genoeg is genoeg. Zoals Amerika geen Russische raketten in Cuba en geen Chinese in Mexico of Canada wil, zo wil Rusland geen Amerikaanse in Oekraïne en Georgië. Het beschouwt Oekraïense toetreding als een existentiële bedreiging.

Officieel is de uitnodiging van het Westen aan Oekraïne om lid te worden van de Navo en de EU bedoeld om alles wat goed en mooi is te verspreiden. In werkelijkheid spelen overwegingen van economische macht en geopolitiek de hoofdrol. Het democracy and human rights verhaal is slechts het mediagenieke Trojaanse paard waarin U.S. Army Inc. zich verplaatst. Washington heeft met de uitnodiging – waar Frankrijk en Duitsland zwaar op tegen waren – een internationaal-politiek spanningsveld gecreëerd dat verdergaande economische integratie van West-Europa en Rusland in de weg staat, een integratie die mogelijk werd door de aanleg van de Nord Stream 1 (vanaf 2005) en Nord Stream 2 (vanaf 2018) gaspijpleidingen van Rusland naar Duitsland en verder bevorderd is door de afkoppeling van Duitse kerncentrales.

Intussen in Kiev. Daar vindt in februari 2014 een regime change plaats met actieve bemoeienis tot op het hoogste niveau van de Verenigde Staten. Dat gaat zonder ruggespraak met Brussel. ‘F*ck the EU’, zegt de Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken Victoria Numan op 6 februari in een afgetapt fameus geworden telefoontje met de Amerikaanse ambassadeur in Kiev. De BBC noemt het uitgelekte gesprek een diplomatic disaster. Twee weken later wordt de Russisch-gezinde regering in een situatie van straatprotest en geweld vervangen door een Amerikaans-gezinde. Rusland ziet deze machtswisseling als ondemocratisch en onconstitutioneel: als een coup die zijn belangen en die van de etnisch-Russische minderheid in Oekraïne (voor 2014 zo’n 20 procent van de bevolking) terzijde schuift.

Een van de eerste daden van de nieuwe, nationalistische regering in Kiev was het intrekken van taalrechten die aan de Russisch-sprekende minderheid in het oosten van het land waren verleend. Die bewuste provocatie leidde tot grote binnenlandse onrust en in mei 2014 tot de installering van twee autonome deelrepublieken rond de steden Loehansk en Donetsk. In maart waren daar al gevechten uitgebroken tussen regeringstroepen en milities van etnisch-Russische Oekraïners die zich door hun eigen land verraden en bedreigd voelden. Rusland reageerde op de nieuwe situatie met een snelle actie om z’n eigen veiligheidsbelangen te beschermen: het annexeerde de vanouds Russische Krim.

Amerika stak geen vinger uit

De oorlog in Oekraïne begon dus niet op 24 februari 2022 met Poetins ‘speciale militaire operatie’. Die begon al in maart 2014, als een binnenlandse oorlog. Tot vorig jaar vielen daarin 14.000 doden. Frankrijk, Duitsland en Rusland namen het voortouw bij de Minsk-akkoorden. Oekraïne zou buiten de Navo blijven, de Volksrepublieken Loehansk en Donetsk zouden een autonome status binnen Oekraïne krijgen, en de Krim bleef bij Rusland. Amerika stak echter geen vinger uit om Kiev te bewegen zich aan de akkoorden te houden. Niet onder Obama, niet onder Trump. Integendeel, vanaf 2017 en vooral vanaf december 2021 onder Biden werden de wapenzendingen alsmaar groter en talrijker.

De tweede escalatie begint acht dagen vóór 24 februari. Rusland heeft in het afgelopen jaar een forse troepenmacht ten noorden van Kiev samengetrokken, in de verwachting zo de toenemende militaire druk op het belegerde Oost-Oekraïne te verlichten door te dreigen met een invasie richting Kiev. Rapporten van OVSE en Navo-waarnemers laten echter zien dat het Oekraïense leger in januari en februari juist in de Donbas wordt versterkt. Vanaf 16 februari nemen de Oekraïense artilleriebeschietingen op doelen rond Loehansk en Donetsk spectaculair toe. En dan is er geen houden meer aan.

Een dag later verklaart Biden dat Rusland Oekraïne zal gaan binnenvallen. Weet hij al wat de Russische reactie zal zijn? Op 18 februari evacueren de beide Volksrepublieken hun hoofdsteden. Op 19 februari doet de Duitse bondskanselier Olaf Scholz een laatste poging om Minsk II te redden. Niet Poetin, maar Zelenski weigert, op Amerikaans advies. Op 21 februari stuurt Rusland militairen naar z’n Oekraïense bondgenoten met wie vriendschaps- en bijstandsverdragen zijn gesloten. Drie dagen later begint dan in een strook in het noorden, oosten en zuiden van Oekraïne de ‘speciale militaire operatie’. Poetins juridische punt: artikel 51 van het VN-Handvest staat zelfverdediging toe in geval van een aanval. Biden haalt z’n gelijk: de Amerikaanse selffulfilling prophecy is uitgekomen.

Claims dat Rusland Oekraïne wil ‘veroveren’ of de Sovjet-Unie in oude glorie wil herstellen zijn echter onzin. De officiële doelen zijn demilitarisering – het ontwapenen of vernietigen van het Oekraïense leger – en denazificatie – het neutraliseren van extreem-rechtse elementen binnen politiek, politie en leger van Oekraïne. Of Moskou uit is op regime change in Kiev is onduidelijk, maar laat zich raden. Het wil in ieder geval de beide Volksrepublieken veiligstellen en wellicht uitbreiden.

Feit- en contextloze propaganda

Om de contradicties van de oorlog voor eigen publiek te verbergen en de eigen oorlogsagenda te bevorderen, creëren en verspreiden het Westen en Oekraïne feit- en contextloze propaganda en fake news. Rusland doet dat ook, met weer andere berichten, voor zijn burgers. De vergelijkbare media-operaties hebben een ongelooflijk succes. Poetins populariteitscijfers in Rusland zijn en blijven ondanks de sancties hoog, en ook in de westerse mainstream pers moet je kritiek op de oorlogspolitiek met een loep zoeken.

Zulke kritiek wordt al gauw als immoreel afgeschilderd. Er is uitsluitend aandacht voor werkelijke of vermeende (geponeerde) oorlogsmisdaden. De suggestie, de indruk is al genoeg voor de onmiddellijke claim. Dit voert tot sterk door morele verontwaardiging gekleurde publieke opinies en snelle, ondoordachte politieke besluiten. We moeten nú handelen, do something, we zoeken later wel uit wat er in Boetsja en Kramatorsk precies is gebeurd. En we denken liever niet al te diep na over de onomstotelijkste misdaad: de oorlog op zichzelf.

Het lijdt geen twijfel dat Rusland de agressor is. Maar is Oekraïne dat niet eveneens? En staat niet als een paal boven water dat Amerika aan de touwtjes trekt? We zien het resultaat. In de patstelling die zich ontwikkelt tussen de twee nucleaire machten kan straks niemand zich meer gezichtsverlies veroorloven. De oorlog gaat door. De rode knop blijft nadrukkelijk aanwezig. Washington en de Navo bieden geen uitweg. Ze zijn medeverantwoordelijk en dus partij.

Inmiddels is een enorme inkomensoverdracht op gang gekomen van de Europese burger naar de wapenindustrie en de wereldwijde olie- en gasindustrie, met verwoestende gevolgen voor welvaart en klimaat. Reden te meer voor Europese landen, Frankrijk en Duitsland in het bijzonder, om bij zinnen te komen en weer hun eigen plan te trekken. Laat men zich realiseren, Minsk II in de hand, dat de vrede in Oekraïne beter veel vroeger dan later kan uitbreken. Wat de als duiven vermomde haviken in Washington, Londen, Kiev en Moskou daar ook van mogen vinden.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten